Over ons
Stichting Naast zet zich sinds 2005 in voor naasten van verslaafden. Deze inzet bestaat enerzijds uit ondersteuning van de doelgroep zelf in de vorm van een zeer uitgebreid en gespecialiseerd hulpaanbod en anderzijds uit het verbinden van de overheid, verslavingszorg en overige initiatieven, om ervoor te zorgen dat naasten van verslaafden een vaste plek krijgen binnen de GGZ.
Onze hulpaanbod
Doelstellingen
De doelgroep ‘naasten van verslaafden’ valt binnen het huidige zorgaanbod in veel gevallen buiten de boot. Vaak is er pas ondersteuning beschikbaar op het moment dat de verslaafde in behandeling is. Terwijl op dat punt al een grote last van de schouders van de naasten valt.
Slechts 10% van de verslaafden is in behandeling. Voor de overige 90% is er dus nagenoeg geen hulp beschikbaar, terwijl voor deze groep de last, en daarmee ook de behoefte aan ondersteuning, het grootst is.
Onze doelstelling is om hier verandering in te brengen.
Ons doel is om voor alle naasten van verslaafden een structureel en toegankelijk hulpaanbod te creëren.
Wat doet Stichting Naast?
Wij bieden een uitgebreid hulpaanbod, dat volledig is toegespitst op de behoefte van onze doelgroep. Ons hulpaanbod bestaat uit laagdrempelige informatiemiddagen en telefonisch advies. Daarnaast hebben wij een ondersteuningsaanbod dat bestaat uit diverse workshops en individuele ondersteuning.
Daarnaast richten wij ons op het integreren van de zorg voor naasten van verslaafden in de geestelijke gezondheidszorg. Uit onderzoek dat wij in samenwerking met het Trimbos-instituut hebben gedaan, blijkt overduidelijk dat onze doelgroep te kampen heeft met een ernstige mate van angst, depressie en stress klachten. Het overgrote deel van onze doelgroep heeft het gevoel overal alleen voor te staan, nergens terecht te kunnen met deze klachten en van het kastje naar de muur te worden gestuurd.
Met het platform Help! Mijn dierbare is verslaafd! bieden wij 1 duidelijk loket, voor zowel naasten van verslaafden zelf, als ook voor hulpverleners die hen graag de juiste ondersteuning willen bieden, maar dit niet kunnen binnen de kaders waarin zij werken in de GGZ.